‘Ik heb een geheim.’ zei Bombom Arie. Hij had die morgen besloten om een wandelingetje te gaan maken, net zoals hij dat iedere morgen besloot. Hij was rond theetijd bij de Skaggerbrat langs gekomen en die had hem uitgenodigd voor de thee.
‘Oh,’ zei de Skaggerbrat, ‘Hoe kom je daar nu aan?’
‘Hoe ik er aan kom?’ bromde Bombom Arie. ‘Nou, het is iets dat ik niemand weet behalve ik en ik heb het niemand verteld. Zo kom je aan geheimen, Skaggerbrat.’
‘Wat naar voor je.’ zei de Skaggerbrat. ‘Is er iets aan te doen?’
‘Iets aan te doen?’ zei Bombom Arie nors. ‘Natuurlijk niet. Wat zou je er nou aan moeten doen?’
De Skaggerbrat dacht even na. ‘Je zou het mij kunnen vertellen? Dan is het toch geen geheim meer?’
‘Och, beste Skaggerbrat,’ zei Bombom Arie, ‘ik zou je alleen mijn geheim vertellen als je zou beloven het aan niemand anders te vertellen. En zie je, dat zou betekenen dat jij het geheim óók hebt.’
Op dat moment kwam Knuft langs. Hij had bedacht dat hij wel zin had om een kopje thee te drinken bij de Skaggerbrat.
‘Bombom Arie heeft een geheim.’ zei de Skaggerbrat.
‘Ssst!’ siste Bombom Arie.
‘Oh ja?’ zei Knuft. ‘Wat voor geheim?’
‘Dat zeg ik niet.’ zei Bombom Arie nors. ‘Want als ik dat doe, vertellen jullie het vast door aan anderen, die het ook weer doorvertellen en voor je het weet heeft iedereen in de Puddingvallei een geheim. En dat is dan allemaal mijn schuld. Nee, dank je de koekoek.’ Hij dronk het laatste beetje thee uit zijn kopje en stond op. ‘Dankjewel voor de thee, Skaggerbrat. Ik ga maar weer eens verder.’
Knuft en de Skaggerbrat keken hem na.
‘Zal ik je een geheimpje vertellen?’ zei Knuft.
‘Mag ik het doorvertellen?’ vroeg de Skaggerbrat.
‘Ja. Aan iedereen, zelfs aan Bombom Arie.’
‘Dan mag je het me wel vertellen.’
‘Volgens mij heeft Bombom Arie helemaal geen geheim. Hij zegt het alleen maar omdat hij graag een geheim zou willen hebben.’
‘Denk je dat?’ vroeg de Skaggerbrat.
‘Dat denk ik.’ zei Knuft.
De Skaggerbrat dacht hier even over na. Eigenlijk vond hij het een beetje zielig voor Bombom Arie. Waarom zou hij geen geheim mogen hebben als hij dat zo graag wilde?
‘Mag ik jouw geheim aan Bombom Arie vertellen?’ vroeg hij aan Knuft.
‘Mijn geheim? Je bedoelt dat ik denk dat Bombom Arie helemaal geen geheim heeft?’
‘Ja die. Als ik dat aan hem doorvertel en aan niemand anders, dan heeft hij toch een geheim. En dat wil hij toch?’
Knuft dacht hier even over na. Toen zei hij: ‘Skaggerbrat, ik vind dat een ontzettend goed idee.’
En de volgende dag vertelde de Skaggerbrat het geheim aan Bombom Arie. En die was er dolblij mee. Sindsdien zei hij iedere keer als hij bij de Skaggerbrat langs ging: ‘Weet je, ik heb een geheim.’ Waarop de Skaggerbrat dan zei: ‘Ik weet het, Bombom Arie. En ik ben heel blij voor je.’